Bij mechanisch graafwerk is er altijd kans op schade aan kabels en leidingen. Dat kan storingen of gevaar opleveren. Daarom moet een opdrachtgever het werk goed voorbereiden. De Beleidsregel zorgvuldig opdrachtgeverschap legt uit wat daarbij hoort. Zo kan de grondroerder het werk veilig doen en wordt graafschade voorkomen. De beleidsregel sluit zo veel mogelijk aan bij de CROW 500 en biedt ruimte voor maatwerk. De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) controleert of opdrachtgevers zich aan deze regels houden.
Waarom deze beleidsregel?
De Wibon heeft als doel schade aan kabels en leidingen door graafwerkzaamheden te voorkomen. Verschillende partijen hebben hierin een taak: de opdrachtgever, de grondroerder en de netbeheerder. Uit een evaluatie blijkt dat opdrachtgevers hun rol nog niet altijd goed invullen. Daardoor krijgt de grondroerder soms te weinig tijd, informatie of middelen om veilig te graven. Dit vergroot de kans op schade aan kabels en leidingen en zorgt voor problemen in de uitvoering.
Veel opdrachtgevers houden nog onvoldoende rekening met:
- een goede risico-inventarisatie
- een duidelijk maatregelenplan
- het lokaliseren van kabels en leidingen
Deze beleidsregel beschrijft daarom duidelijker wat zorgvuldig opdrachtgeverschap inhoudt en hoe opdrachtgevers dit kunnen toepassen.
Wat betekent zorgvuldig opdrachtgeven?
Aansluiten bij de CROW 500
De beleidsregel sluit zo veel mogelijk aan bij de CROW 500, de landelijke afspraken voor veilig en zorgvuldig graven. Deze richtlijn helpt opdrachtgevers, grondroerders en beheerders om goed samen te werken.
Risico’s vooraf onderzoeken
De opdrachtgever brengt de risico’s van het project duidelijk in beeld. De risico-inventarisatie:
- beschrijft de werkzaamheden
- laat zien waar de risico’s zitten
- gebruikt actuele en juiste informatie
- geeft uitleg over gemaakte keuzes
Deze inventarisatie vormt de basis voor verdere afspraken.
Een maatregelenplan opstellen
Op basis van de risico’s maakt de opdrachtgever een maatregelenplan. Hierin staat:
- hoe de risico’s worden voorkomen of verkleind
- welke afspraken gelden tijdens de uitvoering
- hoe planning en budget genoeg ruimte geven voor veilig werken
- welke aanvullende informatie nog nodig is
Het plan moet duidelijk en uitvoerbaar zijn voor de grondroerder.
Zorgvuldigheid tijdens het hele proces
Zorgvuldig opdrachtgeven geldt niet alleen bij de start. Ook tijdens de uitvoering moet de opdrachtgever de grondroerder de ruimte geven om veilig te kunnen werken. De opdrachtgever mag geen aanwijzingen geven die dit in de weg staan of extra risico’s veroorzaken.
Ruimte voor maatwerk
De beleidsregel geeft richting, maar laat ruimte voor eigen keuzes. Opdrachtgevers mogen andere manieren gebruiken, zolang zij daarmee:
- graafschade helpen voorkomen
- veilig en zorgvuldig werken mogelijk maken
- een goede samenwerking met andere partijen ondersteunen
Zo blijft de beleidsregel passend voor verschillende soorten projecten.